Glasgow
Hallo allemaal,
Het is hier in Londen vreselijk weer, dus heb ik de zon opgezocht in het noorden van het land….
Niet dat ik de zon vreselijk veel gezien heb overigens, want ik ben afgelopen dagen op congres geweest in Glasgow. Dinsdagmiddag ben ik met een paar collega’s naar Heathrow gegaan alwaar het een aantal uur duurde voordat we ook daadwerkelijk in het vliegtuig konden stappen. Er bleek namelijk een terreuralarm te zijn in een andere terminal en die was afgesloten met alle rompslomp van dien. Achteraf bleek het vals alarm te zijn, maar men is hier in Groot-Brittannie heel voorzichtig. Onze vlucht vertrok uiteindelijk een uur te laat, op weg naar het vliegveld dat afgelopen dagen in het nieuws was door een mislukte aanslag. De stille (en niet stille) getuigen waren nog wel terug te zien op Glasgow Airport, de pui van de vertrekhal was helemaal afgezet, net als de openbare weg ervoor, en achter de afzettingen was nog net een zwartgeblakerd stuk te zien, waar een bomauto een aantal dagen terug op de hal inreed (de enige gewonden daarbij waren overigens de terroristen zelf). Ook was er erg veel politie op de been, zowel op het vliegveld als in de stad.
We zijn snel richting stad gegaan, waar we mijn oud-collega Rachael en twee van haar nieuwe collega’s al snel troffen. Met z’n allen zijn we uit eten geweest in een Thais restaurant, waar ik erg lekker heb gegeten. Hierna zijn we (al) naar het hotel teruggegaan, omdat Rachael en Ola de volgende dag een presentatie zouden hebben. Voor de verandering ging ik dus eens vroeg naar bed tijdens een congres, en ik moet eerlijk toegeven dat dat mijn concentratievermogen de volgende dag behoorlijk ten goede kwam.
Die volgende dag begon al vroeg, om negen uur stipt zaten we in de collegezaal voor de eerste lezingen. Ik viel meteen met mijn neus in de boter, want de eerste sessie ging over hersentumoren, waarbij één van onze belangrijkste contacten in Amerika een lezing gaf. De sessies hierna waren iets minder interessant, maar toch best aardig. Tussen de middag volgde er een lange pauze. Na de lunch wilde Ola haar presentatie voorbereiden en Raisa wilde daarbij blijven, dus had ik twee uur om zelf wat te gaan doen, want eerder zouden er geen nieuwe lezingen beginnen. Ik ben dus maar eens het universiteitsterrein gaan bekijken.
Bij het rondlopen stuitte ik al snel op een klein kunstmuseum, the Hunterian art Gallery, waar ik gratis binnen kon lopen. Het was leuk om er rond te lopen, en er hing toch een heuse Rembrandt. Ook was er aan het museum een kopie van het huis van twee van Glasgows bekendste kunstenaars, Charles Rennie Mackintosh en Margaret MacDonald Mackintosh, gebouwd, het Mackintosh House. Daar ben ik even in gaan kijken en ik heb het interieur echt bewonderd. Het interieur stamde uit het begin van de twintigste eeuw, maar zou nu volgens mij nog steeds voor modern door gaan. Zo’n huis wil ik later ook!
Na alle kunst heb ik een kijkje genomen in het hoofdgebouw van de universiteit een prachtig victoriaans gebouw.
Het was er enorm druk, want de diplomauitreikingen waren aan de gang. Zo’n diplomauitreiking gaat in Engeland gepaard met veel ceremonie. Alle studenten waren in lange toga en ze kregen hun bul uitgereikt in de grote hal van de universiteit (daar kon ik dus helaas niet in). Veel jongens liepen in kilt (schotse rok)! In het gebouw was nog een museum, dat zich richtte op de wetenschappelijke collecties van één van de belangrijkste docenten van de universiteit, William Hunter. Er waren lichaamsdelen op sterk water te zien, maar ook mineralen, kleding uit andere culturen, opgezette dieren, en dat alles bij voorkeur niet gerangschikt hoe dan ook. Zo stond het stuk over schelpen naast het stuk over eskimokleding, en daarnaast ging het weer over dinosaurussen. Ik had niet genoeg tijd om er enige logica in te ontdekken, maar het was wel leuk om te zien.
Aan het eind van de pauze ben ik weer netjes teruggegaan naar het congres, waar het tijd was voor de sessie waarin de mensen die de beste samenvattingen van hun onderzoek hadden ingestuurd, een presentatie mochten houden. Bij dit congres werd het grootste gedeelte van de lezingen gehouden door mensen die door de organisatie uitgenodigd werden, maar een klein gedeelte bestond uit mensen die een samenvattingen van hun onderzoek hadden ingestuurd (in totaal waren er zo’n 250 samenvattingen ingestuurd, 40 daarvan mochten als lezing gepresenteerd worden, en de rest werd als poster gepresenteerd. Van de 40 beste abstracts werden er nog eens zes als “supergoed” gemarkeerd en die mochten in de speciale sessie gepresenteerd worden. Van de zes was één lezing van mijn collega Ola, die pas net met haar onderzoek bezig is, maar al hele leuke dingen heeft gevonden en kan doorborduren op het onderzoek van Rachael. Een andere lezing was van Rachael zelf, die met haar nieuwe onderzoek ook al hele leuke dingen heeft gevonden (ze werkt nu op de andere vestiging van het instituut). Ze deden het allebei heel goed! Het is heel grappig om te zien hoe Chris haast nog zenuwachtiger was dan Ola.
Eén van de samenvattingen die ik had ingestuurd, mocht ik als poster presenteren en dat volgde na alle praatjes. De postersessies waren erg slecht geregeld, de posters in mijn sessie hingen in een klein kamertje waar het heel heet was. We moesten de posters op borden hangen, telkens twee posters boven elkaar. Het gevolg was dat er op de plek waar mijn poster hing, zes posters op twee vierkante meter gepresenteerd moesten worden. Gelukkig waren er voor drie posters geen mensen aanwezig, maar het was nog steeds erg krap, met als gevolg dat mensen zich wel drie keer bedachten, voordat ze zich tussen iedereen door wurmden om mijn poster te zien. Uiteindelijk heb ik hem slechts voor drie mensen kunnen presenteren. Daar baalde ik behoorlijk van, want in het maken van zo’n poster gaat toch behoorlijk wat tijd zitten.
Na anderhalf uur presenteren (of beter gezegd, vervelen omdat er niemand naar mijn poster kwam) had ik het dusdanig warm dat ik het verder voor gezien heb gehouden. Met mijn collega’s ben ik toen wat gaan drinken in de aangrenzende pub. Het was overigens een bijzondere gewaarwording om in een volledig rookvrije pub te staan, in Schotland is alle horeca sinds januari rookvrij. Overigens is in Engeland sinds 1 juli ook alles rookvrij, maar ik was na 1 juli nog niet in een horecagelegenheid hier geweest.
Na een echt schots biertje zijn we op zoek gegaan naar een restaurant. Dat was makkelijker gezegd dan gedaan, want vanwege alle diplomauitreikingen zaten alle restaurants tot de nok toe vol. Uiteindelijk hebben we een afgelegen pizzeria gevonden waar we wat konden eten. Het eten was weinig bijzonder, maar we hadden iets binnen. Hierna zijn we nog naar een steegje geweest waar allemaal studentenkroegen en andere uitgaansgelegenheden zaten. Daar was het erg gezellig! Ik heb het overigens niet heel laat gemaakt, want de volgende dag moest ik alweer vroeg aan de bank.
Vanochtend was ik samen met Raisa al om half negen bij de collegezaal, het was namelijk nu onze beurt om te presenteren. Mijn (andere) samenvatting zat weliswaar niet bij de beste zes, maar wel bij de beste veertig, net als de samenvatting van Raisa. Ik mocht de spits afbijten, meteen om negen uur als allereerste. De presentatie ging heel goed, en ik kreeg geen moeilijke vragen (wat maar goed was ook, want deze presentatie ging over het niertumoronderzoek, en daar weet ik lang niet zoveel van af als de hersentumoren). Het was voor mij de eerste keer dat ik op een internationaal congres mocht presenteren, maar ik heb inmiddels via nationale congressen in Nederland en praatjes op de afdeling zoveel ervaring opgedaan dat internationaal presenteren geen enkel probleem meer is. Alleen de taal is verschillend, maar het Engels spreken gaat me inmiddels heel makkelijk af, al zal het nog lang duren eerdat ik van mijn Nederlandse accent af ben.
Na onze sessie waren er geen interessante praatjes meer. Chris besloot op een stil plekje met zijn laptop te gaan zitten en aan het werk te gaan, en Raisa en Ola gingen winkelen. Ik had in geen van beide zin, en had de smaak te pakken van het museums bezoeken, dus ik heb weer een museum opgezocht, deze keer het Kelvingrove museum. Ik dacht dat er alleen schilderijen zouden hangen, maar er bleek ook een groot natuurhistorisch gedeelte te zijn. Het was een heel groot museum. Ik kwam binnen in een grote hal waarin een enorm orgel hing, heel bijzonder voor een museum. Ik ben eerst de schilderijen gaan bekijken, want daarvoor was ik gekomen. Er hingen heel wat grote meesters: Titiano, Botticelli, Rembrandt, Ruysdaal, Van Gogh, Monet, Renoir, Matisse, Picasso en een topstuk van Dali. Ik heb er flink wat tijd doorgebracht. Ik kan nu veel langer naar schilderijen kijken dan vroeger, waarschijnlijk komt dat door het museumbeleid in Engeland (en nu ook Schotland), alle grote musea zijn namelijk gratis. Dat maakt de drempel heel laag om er even binnen te stappen om een uurtje rond te kijken, en niets belet je om een week later hetzelfde museum weer binnen te stappen. In Londen heb ik eigenlijk alle grote musea wel gezien (al moet ik nog een gedeelte van Tate Britain), dus Glasgow was nieuw interessant gebied.
Na alle kunst heb ik nog even in het natuurhistorisch gedeelte rondgelopen en het (opgezette) locale dierenleven bewonderd. Juist toen ik het museum uit wilde lopen begon het orgel hard te spelen. Het was grappig om te horen hoe al het kindergeschreeuw compleet werd overstemd door een orgel. Het was ook heel bijzonder om tussen alle kunst en museumvoorwerpen orgelmuziek te horen, dat is toch iets wat ik normaalgesproken associeer met kerk (en met mijn ouderlijk huis, mijn vader is een goede organist).
Na het museum ben ik teruggegaan naar de universiteit, waar ik met Chris, Raisa en Ola een taxi heb genomen naar het vliegveld. Deze keer had onze vlucht gelukkig geen vertraging, en op Heathrow hebben we na een enorme sprint zelfs nog onze bus naar Sutton, die maar één keer in het uur gaat, gehaald. In Sutton bleek het enorm druilerig, een tegenvaller na Glasgow waar het eergisteren en gisteren zonnig was (vandaag niet meer). Ik hoop dat het snel beter weer word, en dan bij voorkeur in het weekend!
groeten
Dorine