De reis naar Cornwall
Maandag een week geleden ben ik vertrokken naar Cornwall, maar niet nadat ik eerst nog even naar het lab ben geweest om een pakje te versturen. Uitslapen was er dus niet bij, ik stond om acht uur al bij de baas in de kamer (goede beurt gemaakt!). Na drie kwartier was het pakje verstuurd en kon ik weer naar huis (de rest van de collega’s was nog niet gearriveerd). Ik heb daar nog de laatste spullen ingepakt en ben richting station Waterloo gegaan. Daar had ik met mijn moeder afgesproken. Haar Eurostar trein uit Brussel was prima op tijd, dus even na elven zagen we elkaar, altijd weer fijn als je elkaar een poos niet gezien hebt.
Vervolgens zijn we vanaf Waterloo naar station Paddington gereisd met de metro, waarvandaan onze trein naar Cornwall zou vertrekken. Daar waren we veel te vroeg, we moesten nog twee uur wachten. Gelukkig was er een Starbucks. Na de nodige koffie hebben we ons in de trein gezeteld voor een treinreis van vijfenhalf uur naar het puntje van Cornwall: Penzance. Het eerste uur schoot de trein hard op, maar daarna werd ons al snel duidelijk waarom de trein er vijfenhalf uur over zou doen. We volgden stukken van de kustlijn en zigzagden van de zuid- naar de noordkust en weer terug. Het uitzicht uit de trein was wel heel mooi, mijn boek is dus in mijn tas gebleven. Jammer genoeg was het wel erg grijs en nat buiten
Om half acht kwamen we eindelijk aan in Pencance, aan de zuidkust van Cornwall. We moesten nog een flink eind lopen langs de haven en over de boulevard langs ons hotel. De zee was erg wild: overal lag er zeewier op de boulevard en regelmatig moesten we meer landinwaards gaan lopen om niet nat te worden van de golven. Rond een uur of acht waren we in ons Bed&Breakfast. Dat zag er prima uit. Vervolgens zijn we nog een stukje gaan lopen (door de motregen) door het stadje en hebben we een hapje gegeten.